Nicolaas kerk / Hervormde kerk
Kerkplein 1
1561 DA Krommenie
Rijksmonument nummer: 39968
Naamgeving van het gebouw, kerk gewijd aan Sint-Nicolaas
Op 25 oktober 1399 liet paus Bonifatius IX in een brief aan de abt van het klooster van Egmond schrijven, dat de kapel van Sint-Nicolaas in het dorp Crommenije afgescheiden diende te worden van de parochie in Uitgeest en dat de kerk van Krommenie voortaan als zelfstandige parochie diende te fungeren. De eerste parochiepriester, Andreas Petrusz., kwam pas tegen het einde van het jaar 1403. In 1999 vierden de kerkelijke Krommenieërs van acht kerkgenootschappen het feest van 600 jaar christendom in Krommenie. Dat de kapel in Krommenie aan Sint-Nicolaas gewijd was, was niet zo vreemd. In die dagen was het in dit deel van Holland erg waterrijk. Een deel van de inwoners was ongetwijfeld betrokken bij de zeevaart en de visserij. De patroonheilige van de varensgezellen was de vroegchristelijke bisschop uit Myra in Klein-Azië, die wij vooral kennen als de grote kindervriend. De zeemeermin op het dak kenmerkt het verleden.
Kerktoren en klok
De toren is sinds 1803 eigendom van de burgerlijke gemeente. In het begin van de 19e eeuw toen Napoleon heer en meester in ons land was, zijn kerktorens onteigend vanwege militaire doeleinden. Ze gingen dienstdoen als uitkijkposten. Sindsdien is het eigendom van de toren, voor zover de toren boven het dak uitsteekt, altijd in handen van de burgerlijke gemeente gebleven.
De luidklok heeft een doorsnede van 102 cm. en is gemaakt in 1396 door Rudolf van Montigny. Op 30 april 1943 werd de klok, hoewel zij op de zgn. monumentenlijst was geplaatst, uit de toren gehaald om naar Duitsland te worden vervoerd en te worden omgesmolten tot oorlogsmateriaal. Tijdens de overtocht over het IJsselmeer is het schip, waarin de klok met in totaal 226 klokken uit verschillende plaatsen in Nederland werd vervoerd, ter hoogte van Urk op een zandbank gelopen. Machinefabriek fa. Hoekman uit Urk kreeg van de Duitsers de opdracht om het schip vlot te trekken. Dankzij de manier waarop de berging werd uitgevoerd, geholpen door de elementen water en wind, kon het schip niet geborgen worden. In die zin kan gesproken worden van een sabotage- of verzetsdaad.
Op 9 maart 1946 kwam de klok weer terug in Krommenie en werd op haar oude plaats teruggebracht. De toenmalige predikant van de Ned. Hervormde kerk, ds. Cannegieter, maakte op dit avontuur van de klok een gedichtje, dat erin werd gegraveerd:
‘Ik werd geroofd op Duitsch bevel,
‘k zou meedoen aan de oorlogshe
Ik zonk bij Urk in ’t IJsselmeer
Men vond mij; nu luid ik weer’.
Grafstenen
Volgens het zerkenbord dat aan de zuidkant van de kerkzaal hangt, moeten er ca. 280 graven zijn geweest. Een groot deel heeft tijdens de restauratie in 1964-1969 een andere plaats gekregen. Tijdens de Franse bezetting van 1795-1813 werd het begraven in de kerk verboden. Toch zijn er grafstenen uit die tijd. Heeft men met de wet de hand gelicht of werd het bijzetten in een bestaand graf soms gedoogd? Toen de macht van Napoleon voorbij was, werd dit besluit teruggedraaid. In 1829 heeft Koning Willem I het verbod opnieuw ingevoerd. Een van de ‘jongste ‘ grafstenen is van 1823.
Er zijn in de kerk ook grafstenen van voor de bouw in 1658. Bij de restauratie van 1964-1969 kwam er vloeroppervlak vrij. Hiervoor werden stenen aangetrokken uit de kerk van Nieuwe Niedorp. Ook kan het mogelijk zijn dat in de kerk vóór deze kerk van 1658 ook begraven werd.
Tien geboden
Tijdens de restauratie kwam achter het wit gekalkte kopstuk aan de westzijde van de kerk een schildering (gedateerd 1737) te voorschijn, voorstellende de Tien geboden. Links het wapen van de stad Haarlem en rechts die van de stad Amsterdam. In het midden het wapen van Krommenie. Rond 1998 is de schildering opnieuw gerestaureerd.
Scheepsmodel
In een kerk die gewijd is aan de heilige Nicolaas, de patroonheilige van zeelieden, hoort een scheepje te hangen. In Noord-Holland is dit vertoon van dankbaarheid in diverse kerken aanwezig: van de ca. 60 scheepsmodellen in Nederlandse kerken zijn er zes in de Zaanstreek (Jisp, Koog, Krommenie, Krommeniedijk, Wormer en Oostzaan) waarvan twee in de vroegere banne (rechtsgebied) Crommenije. Vrijwel alleen in protestantse kerken. Omstreeks drie eeuwen geleden, toen de scheepsbouw in de Zaanstreek floreerde, werden de scheepjes in de Zaanse kerken aangebracht. ‘De kroonprins der Nederlanden’ in de Nicolaaskerk is een driemaster met 54 kanonnen (bewapend koopvaardijschip) en is waarschijnlijk geschonken i.v.m. bijdragen aan de Staatse vloot (de Staatse vloot was de vloot van oorlogsschepen ten tijde van de Republiek der Zeven Verenigde Nederlanden 1588-1795). Dat de steven is gericht naar de preekstoel, zo erop wijzend dat daar het Woord van God vandaan komt, lijkt meer een idee van de ontvanger van het scheepsmodel dan van de gever.
Schilderij ‘Christus voor Pilatus’
Het schilderij is een geschenk in februari 1940 aan het kerkbestuur van schilder/diaken Jan van Vliet. Deze Krommeniese kunstschilder (1868-1946) heeft diverse dorpsgezichten geschilderd. Het schilderij is gemaakt naar een schilderij van de Hongaarse schilder Munkascy uit 1888, dat in 1902 een plaats kreeg in het parlementsgebouw in Boedapest.
Koorgedeelte
Tijdens de restauratie zijn bij het afbikken van de binnenmuur in het koor resten van hostienisjes aangetroffen (niet meer aanwezig), die herinneren aan de tijd dat hier RK-diensten werden gehouden. Voor de reformatie (symbolisch begin van het protestantisme op 31 oktober 1517 met de publicatie van Maarten Luther van zijn 95 academische stellingen tegen de handel in aflaten aan de deur van de slotkerk in Wittenberg, Duitsland) stond hier het altaar.
Meermin
Mede refererend aan de zeevaart is de versiering op het kerkdak aan de oostzijde van de kerk een zeemeermin. Deze windwijzer is ter vervanging van een exemplaar uit het begin van de vorige eeuw.
Gedenksteen
In de zuidmuur van de kerk is een gedenksteen met de tekst ‘Selden tyt sonder stryt’ ingemetseld. Waarom de ‘kerkckmeesters’ Dirck Pietersz Wessanen en Jan Pietersz. De Jong voor deze spreuk hebben gekozen, is niet bekend. Vermoed wordt, dat er heel wat meningsverschil beslecht moest worden voordat men aan de (her)bouw van de kerk kon beginnen.
Preekstoel
De monumentale kansel dateert uit het jaar 1658. Aan de stenen kanselvoet een hengsel met een eenvoudig koperen doopbekken. Daarvoor een eiken doophek met balusters, 2e helft 17e eeuw, koperen bogen, bestaande uit doorntakken en een koperen lezenaar met vier leeuwen uit het wapen van Krommenie.
Bijbels
In de kerk liggen verschillende oude Bijbels, alle in de zogenaamde Statenvertaling. De oudste – op de lezenaar van het doophek – dateert van 1718 en werd gedrukt door een tweetal boekdrukkers in Leiden. In de zogenaamde notabelenbank ligt een aantal ‘moderne’ Bijbels uit de periode 1860-1870.
Dodemanspoortjes
Zowel in de noordmuur als de zuidmuur bevinden zich dodemanspoortjes. Deze dienden om de dode via het poortje aan de ene kant binnen te dragen en na de plechtigheid hem of haar via het andere poortje uit de kerk te dragen naar de begraafplaats.
Tot 1861 waren er naast de kerk twee kerkhoven: het Noorder- en het Zuiderkerkhof. In januari 1861 werd de nieuwe begraafplaats aan het Vermaningspad in gebruik genomen. In januari 1922 is deze begraafplaats gesloten en werd de begraafplaats aan de Eikelaan geopend.
Orgel
Op 1 januari 1807 werd de bundel evangelische gezangen ingevoerd. Omdat er nog geen orgel was, moest men het doen met een voorzanger. Hij had als taak bij het zingen de toon aan te geven en voor aanvang van de dienst uit de Bijbel te lezen. De dorpsschoolmeester was vaak koster, voorlezer en voorzanger. De benoeming geschiedde door de burgerlijke- en kerkelijke autoriteiten. Het bankje van de voorzanger/voorlezer achter in het koor is een prachtig erfstuk.
Op 17 maart 1844 werd het eerste orgel in gebruik genomen van de firma Quellhorst te Amsterdam. Dit orgel heeft tot 1964 dienst gedaan. Het huidige orgel is van 1838 en heeft in twee Doopsgezinde kerken (de Oostzijder- en Westzijderkerk) in Zaandam dienst gedaan. In 1968 werd het Bätz-orgel door Flentrop Orgelbouw geplaatst en gerestaureerd.
Oorlogsgedenksteen
In de oostelijke muur van de kerk, rechts van het voormalig gemeentehuis, is een gedenksteen ingemetseld dat herinnert aan de Tweede Wereldoorlog. Strikt genomen hoort deze steen niet tot de kerk. Op 4 mei 1952 werd de steen onthuld. De ontwerper van dit reliëf is de Amsterdamse beeldhouwer Ary van den Berg. De Latijnse tekst onderaan de steen ‘Ad perpetuam rei memoriam’ (Ter eeuwige gedachtenis) moet de herinnering levend houden aan allen die voor onze vrijheid het leven hebben gelaten.
Bronnen:
Selden tyt sonder stryt, de geschiedenis van een dorpskerk (1969)
Historisch Genootschap Crommenie
Jubileumuitgave Hervormde kerk Krommenie 350 jaar (2008)
Protestantse Gemeente te Krommenie
Op 1 mei 2004 fuseerden de Hervormde-, Gereformeerde- en Lutherse kerk tot de Protestantse Kerk in Nederland. In het verlengde daarvan fuseerden in mei 2006 de Hervormde gemeente te Krommenie en Krommeniedijk en de Gereformeerde kerk van Krommenie tot de Protestantse Gemeente te Krommenie. Als nieuwe kerk werd de Hervormde kerk gekozen. De gereformeerde kerk werd afgestoten en is eind 2008 gesloopt. In 2008 kreeg de nieuwe kerk een nieuwe (oude) naam: Nicolaaskerk.
Krommenieër Kronieken nr. 3, 4, 15, 58 en 66 besteden aandacht aan deze kerk en zijn in te zien bij het HGC.
Voor meer informatie over activiteiten, bezichtiging, evenementen, bereikbaarheid en openingstijden etc. kunt u contact opnemen met:
Nicolaaskerk
Kerkplein 1
1561 DA Krommenie