Oudkatholieke Kerk van de Heilige Nicolaas en de Heilige Maria Magdalena.
Noorderhoofdstraat 131
Rijksmonument nummer: 39954
Vanaf de straat ziet de bezoeker alleen de pastorie, een Zeeuwse boerderij in 18e-eeuwse stijl. Als u langs de pastorie naar achteren loopt bereikt u de ingang van de kerk. Het pand was oorspronkelijk een Zaanse boerderij uit 1550, die rond 1600 in gebruik is genomen als schuilkerk. Sinds die tijd kerken de katholieken van Krommenie in deze schuilkerk, die werd vergroot en uitgelegd in 1633. De voormalige boerderij was een langhuisstolp, een voorloper van de eigenlijke stolpboerderij. Hij bestond uit een traditioneel Fries langhuis dat is geïntegreerd met een aangebouwde schuur.
In 1628 kocht mevrouw Aegte Claes, een rijke weduwe, het pand van Engel Jacobs voor fl. 1.000,-. Ter gelegenheid van de verbouwing in 1633 schonk zij een vergulde zilveren miskerk en een monstrans. Een pastoor bewoonde het voorhuis in 1653 dat toen nog de boerderijvorm kende.
Tot de 18e eeuw was de kerk in bezit van particulieren, die ook alles bekostigden omdat de kerk geen eigen bezittingen mocht hebben.
Na de watersnoodramp van 1825 werd de kerk voorzien van een stenen zijgevel en in de laat 18e eeuw kreeg de pastorie de huidige vorm met een voorgevelbekroning in Lodewijk XVI stijl.
In de ingang van de kerk bevindt zich een wijwaterbakje op een houten console met een beeldje van de H. Hyronymus (17e-eeuw). Boven de kerkzaal pronkt een tongewelf dat over de hele lengte dezelfde vorm heeft en waarvan de dwarsdoorsnede een halve cirkel vormt, zodat het gewelf een halve cilinder vormt met sleutelstukken aan de trekbaken en voorzien van ribbenrozetten.
Het 18e-eeuws orgelfront is bekroond met beelden van de H. Agnes, H. Willibrordus en de H. Nicolaas. Achter dit front is in de tussenliggende tijd de eigenlijke orgelkas viermaal verbouwd. Tussen 1838-1940 werd het orgel opnieuw gerestaureerd door de Amsterdamse architect Jan de Meyer, die ook de bibliotheek / sacristie ontwierp. In 2008 restaureerde orgelbouwer J.C.V. van Rossum van de firma Flentrop het orgel weer als een ambachtelijke 18e-eeuws orgel.
De doopvonttuin uit de 18e eeuw bestaat uit een lage balustrade, aansluitend op 2 halve Korinthische zuilen. Het marmeren doopvond zelf is versierd met een duif in een stralenkrans.
De kerkbanken zijn gemaakt in Rococo stijl, de vloer is van grenenhout.
Het houten altaar is afkomstig uit de gesloopte schuilkerk “De Pauw”uit Amsterdam. Korinthische zuilen dragen het hoofdgestel. Het altaarschilderij is geschilderd door Willebrordus Bogaerts in 1615 en verbeeldt de verrijzenis van de Here. De schilder heeft van de gelegenheid gebruik gemaakt om zichzelf linksonder als jonge adonis te portretteren. Een cartouche met het alziend oog is een symbool uit de Barok. Het onderstuk waar kleurige onderzetsels zijn geplaatst is eenvoudig.
Het tabernakel (18e eeuw) is van notenhout en wordt bekroond door een pelikaan en een crucifix. De eenvoudige preekstoel is van notenhout en rust op een gesneden adelaar (geen pelikaan zoals veel preekgestoelten in de Zaanstreek). De lavabotafel vertoont veel overeenkomsten met de communiebank en is waarschijnlijk gebouwd door dezelfde meubelmaker. Boven de lavabotafel hangt een schilderij van de gekruisigde Christus. Dit schilderij vond men bij het opruimen van de kelder in de vorm van 3 planken in het kolenhok. Deze planken bleken beschilderd en bij elkaar te passen. Het is niet gesigneerd en is een kopie van de “kruisiging” geschilderd door Rubens waarvan het origineel hangt in de Pinotheek in München. Men vermoedt dat het weer een kopie is van de Alkmaarse schilder Abraham van Dijk in het midden van de 17e eeuw. De communiebank is hersteld na witschildering en terug gebracht in de voormalige authentieke kleuren (18e eeuw). De godslamp boven de communiebank is uit verschillende gevonden fragmenten samengesteld. Bijzonder zijn de zeemeerminnen, die vroeger bij schepen als boegbeeld werden gebruikt. Ze verwijzen waarschijnlijk naar de scheepvaart uit vroegere tijden.
In de kerk hangen 2 koperen kronen voor kaarsen, waarvan er een is versierd met een uniek madonna beeldje.
In de zijmuur rechts van het altaar bevindt zich een gebrandschilderd raam dat de bevrijding van Petrus voorstelt. Deze is in 1946 gemaakt door de kunstenaar Hans Bijvoet uit Haarlem.
Het raam is na de bevrijding geschonken door de moeder van de toenmalige burgemeester van Krommenie als dank voor het vrijkomen van haar zoon uit Duitse gevangenschap.
De bibliotheek / sacristie is eveneens ontworpen door architect Jan de Meyer. In de kasten bevinden zich prachtige leren banden die o.a. veel reisverhalen bevatten afkomstig van een Franse pastoor, die in de Hugenotentijd naar Holland was gekomen. De meeste boeken zijn daarom Franstalig.
Voor meer informatie over activiteiten, bezichtiging, evenementen, bereikbaarheid en openingstijden etc. kunt u contact opnemen met:
Oud Katholieke Kerk
Noorderhoofdstraat 131
1561 AT Krommenie